Politierechter donderdagmiddag 10 april

UTRECHT – “Ik begrijp niet hoe ze aan mijn naam en adres komen. Ik ben op die tijd altijd ergens anders.” Dat verklaarde 46-jarige W. de K. uit Utrecht, toen politierechter Mr. Th. Clarenbeek haar voorhield dat ze op 13 maart vorig jaar winkeldiefstal zou hebben gepleegd bij het Overvechtse HEMA-filiaal. Zij kreeg een geldboete van 300 gulden.

donderdag 10 april 1986

Tevens was de vrouw ten laste gelegd dat ze op 25 juni een broek had gestolen bij C&A. Ook dit ontkende ze, hoewel ze dit bij de politie wel had toegegeven.

“Ik was doodnerveus op het politiebureau. Daarvoor gaven ze me tabletten. Ik was versufd en weet niet wat ik heb getekend”, zo verweerde zij zich.
Officier van justitie Mr. O. Brouwer hechtte aan de verklaringen van de vrouw op de zitting geen enkele waarde en eiste 300 gulden boete. Mr. Th. Clarenbeek vonniste conform.

UTRECHT – Door een misverstand is de 19-jarige T.J. uit Nieuwegein door de Utrechtse politierechter tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van vier weken veroordeeld, terwijl zijn advocaat op de gang in de veronderstelling verkeerde dat hij nog moest komen.

De raadsman had de deurwaarder wel een naam horen uitroepen, maar herkende die niet als die van zijn cliënt. De uit Joegoslavië afkomstige verdachte bleek zich van drie namen te bedienen en de naam waaronder de man werd binnengeroepen verschilde van die die de advocaat had opgekregen.
J. had in ‘84 enkele malen op de uitkijk gestaan toen vrienden van hem bij inbraken in woningen in de omgeving van utrecht werden betrapt. Dat gebeurde ook in Heerlen op 10 augustus vorig jaar. Politierechter Mr. P. van de Vijver legde de man een geheel voorwaardelijke straf op, omdat hij in januari vorig jaar voor dergelijke delicten was veroordeeld tot drie maanden cel, waarvan twee maanden voorwaardelijk. Die straf moet J. nog uitzitten. Mr. van de Vijver moest daar om juridische redenen in zijn vonnis rekening mee houden.

Gezien de milde uitspraak zag J.’s raadsman, die na het vonnis alsnog werd binnengeroepen, geen noodzaak tot een nieuwe behandeling van de zaak.
De 21-jarige I.R. uit Capelle aan de IJssel werd op 27 augustus vorig jaar bij een inbraakpoging aan de Nijenheim in Zeist verrast door buurbewoners die haar en de 42-jarige A.D. vastgrepen. D. was op de eerste verdieping aangetroffen met haar handen vol met huisraad. Beide vrouwen werden tot twee weken voorwaardelijke gevangenisstraf veroordeeld.
“Ik dacht dat ik inUTRECHT was en dat het huis van familieleden was”, verdedigde R. zich tegen Mr. Van de Vijver. Officier van justitie Mr. Miltenburg hechtte echter meer waarde aan getuigenverklaringen en eiste tegen hen 200 gulden boete en een week voorwaardelijke gevangenisstraf.

Terug