Politierechter maandagmiddag 30 december

(Van een onzer verslaggevers)
UTRECHT - De 28-jarige A.B. uit Utrecht is veroordeeld tot zes weken voorwaardelijke gevangenisstraf, omdat zij tussen oktober ’82 en oktober ’83 steunfraude had gepleegd. Haar 39-jarige ex-man J.V. kreeg voor zijn aandeel dezelfde straf.

maandag 30 december 1985

Het echtpaar had een schuld van enkele tienduizenden guldens. Die was ondermeer onstaan door aanschaf van een auto. Ook was een van hun kinderen wegens ziekte opgenomen, zonder dat er een goede verzekerd was afgesloten. Om uit de financiële problemen te komen besloot de man offciciëel te gaan scheiden.
Hij liet zich ook overschrijven. Zo kon de vrouw een eigen bijstandsuitkering aanvragen. De man bleef in werkelijkheid echter bij zijn gewezen echtgenote wonen.

Op die manier werd de sociale dienst voor 21.000 gulden benadeeld. De totale schuld is nu daardoor opgelopen tot 55.000 gulden. “Dat ziet er niet rooskleurig uit”, was het commentaar van politierechter Mr. Th. Clarenbeek.
Officier van justitie Mr. H. Droesen wees er op dat het ’slimme” plan de staat nog meer extra werk en geld heeft gekost: “Ook de advocaten en de rechters voor de echtscheidingsprocedure tellen mee”, hield hij de twee voor. “Dit kan niet worden afgedaan zonder gevangenisstraf”, aldus Mr. Droesen, die zes weken eiste, waarvan vijf weken voorwaardelijk.
De raadsman van het paar Mr. E. Clous wees op de lange tijd - ongeveer twintig jaar - die het paar nog aan de terugbetaling vast zou zitten. Hij pleitte daarom voor een mildere straf. Mr. Droesen bracht daartegen in dat de sociale dienst vaak na een jaar of vijf stopt met het extra inhouden de. “Maar de staat blijft dan toch onder een strop lijden”, aldus de officier.

Politierechter Mr. Th. Clarenbeek verklaarde dat het aflossen van een de schulden geen reden voor een strafvermindering mag zijn. Toch toonde hij zich ruimhartig en legde de geëiste straf geheel voorwaardelijk op.

(Van een onzer verslaggevers)
UTRECHT - In de maand mei van vorig jaar keek de sociale opsporingsambtenaar regelmatig door het raam van de woning van de 31-jarige H. de B. uit Utrecht. Daar zag hij verschillende malen haar gewezen echtgenoot in de huiskamer zitten.

Na regelmatig posten bespeurde de ambtenaar dat de ex-man ’s vaak ochtends de woning verliet. Zijn voormalige vrouw genoot in die periode een uitkering. De sociale dienst vorderde een bedrag terug van 1.302 gulden. De vrouw kreeg voor deze feiten maandag een boete van 100 gulden en vier weken voorwaardelijke gevangenisstraf.
Steunfraude tot een bedrag van 5.000 gulden wordt doorgaans geseponeerd, maar in ‘83 was de vrouw al eens gewaarschuwd. De man bleek regelmatig kleren voor de vrouw te kopen. Ook nam hij regelmatig vlees of een bloemetje mee. In ruil hiervoor deed de vrouw zijn was.
Officier van justitie Mr. H. Droesen eiste vier weken voorwaardelijke gevangenisstraf en 500 gulden boete, waarvan 400 gulden voorwaardelijk.

“Mijn cliënt heeft de pech dat ze met haar ex-man goed contact heeft”, merkte de advocate van de vrouw op. Zij wees erop dat er wel degelijk overleg met de sociale dienst had plaatsgevonden toen de man zich weer vaker bij zijn ex-echtgenote vertoonde. De raadsvrouw bepleitte om die reden vrijspraak.
Politierechter Mr. Th. Clarenbeek achtte echter bewezen dat er steunfraude was gepleegd. De vrouw zelf was niet op de zitting verschenen.

Terug